This website uses cookies so that we can provide you with the best user experience possible. Cookie information is stored in your browser and performs functions such as recognising you when you return to our website and helping our team to understand which sections of the website you find most interesting and useful.
Gotisch
Het woord ‘gotiek’ verwijst naar de bijzondere stijlperiode van de middeleeuwse kathedralenbouwers. Vanaf het ontstaan in Île-de-France en Picardië in de 12e eeuw tot heden toe heeft de gotische en daarna de neogotische kunst een groot aantal uitzonderlijke kunstvormen voortgebracht waarvan de uitdrukkingskracht de eeuwen heeft doorstaan: de schoonheid, de verscheidenheid en het overweldigende karakter van de motieven, de humanistische elegantie, de fabelachtige echo’s en de manier waarop deze kunst gepaard gaat met hoogstaande technische bouwprestaties, vormen een bron van verwondering. De middeleeuwse gotiek omvat alle kunstvormen, van architectuur en beeldhouwkunst tot gebrandschilderde ramen en verluchte manuscripten, en toont, afhankelijk van ieders gevoeligheid, steeds een ander gezicht.
Wat verstaan we tegenwoordig onder ‘gotiek’? Gesteld kan worden dat de gotiek zich aanvankelijk van de Romaanse kunst onderscheidde door haar humanistische, harmonieuze component die voortkwam uit Frans en Europees onderzoek, met name de geleerde tradities van de monniken en kunstenaars van Cluny, Saint-Denis en de Maasvallei. Zo verspreidde zich vanaf de jaren 1200 eenzelfde Europese taal, ontwikkeld door de intellectuele en artistieke kracht van de hoofdstad van de Franse koningen, alvorens een nieuwe, nog monumentalere trend zijn intrede deed aan het hof van koning Lodewijk IX, de toekomstige Saint Louis, die zich vervolgens uitbreidde en de Europese kunst voedde.
De creativiteit en bedrevenheid waarmee de kunst van de kathedralen gepaard ging, werden ook overgenomen door kunstenaars die voor vorsten en andere invloedrijke personen uit die tijd werkten. Deze tijd werd voortaan gekenmerkt door de gotische kunst. Er ontstonden verschillende autonome kunstcentra. Parallel aan de gotische architectuur van de grote kathedralen en de constructies in de hoogte ontstond uit de ontmoeting tussen de Franse traditie en Noord-Europese beeldhouwers een naturalisme in de voorstellingen van figuren en planten. Bovendien leidden de experimenten in Italië en Avignon rond 1400 tot de uitwisseling van internationale gotische kunst, waarvan de souplesse en de virtuositeit alle Europese hoven bekoorden.
Op meesterwerken van steen, marmer en albast, van kostbare materialen als ivoor en op verlucht perkament vinden we de kenmerken waaraan de neogotische kunst en de verbeelding van de 20e en 21e eeuw later de definitie van hun kunst ontleenden.
Een explosie van vormen en decoratieve rijkdom kenmerkt de 15e eeuw en vervolgens het begin van de 16e eeuw, een beweging die sinds een aantal jaren ‘renaissance gotiek’ wordt genoemd. De verbeelding daarvan, met name in de Germaanse en Brabantse kunst, vormde een voedingsbodem voor het bestiarium en de waterspuwers die diep in de westerse verbeelding geworteld zijn, en niet te vergeten het schrift, bestaande uit rechte lijnen, stokken, staarten en vlaggen, waarvan de sierlijkheid uitkomt in boeken, oorkonden en in steen gegraveerde inscripties.
Wist u dat het woord ‘gotisch’ dateert van na de beweging waar het naar verwijst? In de 15e en 16e eeuw, in de context van de Italiaanse Renaissance, verscheen het om op een bijzonder geringschattende manier de breuk met de terugkeer naar de oudheid aan te duiden na enkele eeuwen flamboyante stijl. Toch bleef het in de kunst aanwezig, zowel in de laatgotische periode, bekend als ‘renaissance gotiek’, als tijdens het ontstaan van het classicisme.
In Engeland ontstond al vroeg een obscure, bijna zwart-witte voorstelling van gotische ruïnes. Geleidelijk aan, vanaf de 18e eeuw en vooral in de 19e eeuw, werd de kleurrijke gotische kunst tevens de kunst van het zwart. De gotiek werd opnieuw bewonderd om haar inventiviteit, bestudeerd door historici, en door kunstenaars gebruikt als model en inspiratiebron. De schrijver Victor Hugo en de architect Viollet-le-Duc droegen bij aan deze hernieuwde belangstelling voor kathedralen en er werden grote restauratieprojecten gestart, waaronder de Notre-Dame van Parijs. De 19e eeuw was met name het tijdperk van de Gothic Revival, van de ‘éloge du gothique’, zoals de historicus John Ruskin het uitdrukte. Van Engeland tot Frankrijk en Duitsland, maar ook in Noord-Amerika en soms zelfs in Azië, wendden kunstenaars uit alle disciplines, inclusief de kunstnijverheid, zich tot de ‘neogotiek’.
Na verloop van tijd, en met name in de 20e eeuw, werden deze gotische thema’s en motieven overgenomen en zelfs aangepast door ideologische en politieke bewegingen. Moderne kunstenaars haalden er in literatuur, beeldende kunst en film ook avant-gardistische inspiratie uit. In de hedendaagse tijd resoneert het woord ‘gothic’ in de subcultuur en de punk- en metalmuziek. Fantasy, videogames, mode en zelfs hedendaagse kunst, met name met de Digital Gothic en de futuristische gothic, benadrukken het belang van een voortdurend vernieuwde verbeelding, tot op de dag van vandaag. Kunstenaars beschouwen de middeleeuwen meer dan ooit als een hedendaagse kunstvorm.